×

Prijs de HEER, o mijn ziel.
HEER mijn God, U bent machtig groot,
met pracht en met verhevenheid omkleed.
(Ps. 104:1, WV)

Het maandblad ‘Reader’s Digest/Het Beste’ had een rubriek ‘Verrijk uw woordenschat’. In dit onderdeel ‘de wijs Woordenschat’ doen we ook een beetje aan hersengymnastiek met woorden. In de dagtekst bovenaan deze Dag vind je weer twee woorden die wat betreft betekenis verwant zijn aan het woord glorie: ‘pracht’ en ‘verhevenheid’. Voor het woord hier weergegeven met ‘pracht’ kom je in andere vertalingen verwante woorden tegen, ‘glans’ (NBV) of ‘majesteit’ (HSV). ‘Met pracht en met verhevenheid omkleed’ — het is dezelfde boodschap maar dan in andere woorden als die in de regel erboven: ‘u bent machtig groot’. In plaats van ‘met pracht en verhevenheid omkleed’ had er net zo goed kunnen staan: ‘met glorie omkleed’. Maar mensen uit het Oude Testament en de wereld eromheen houden er wel van twee woorden te gebruiken om hetzelfde te zeggen, zoals ‘recht en gerechtigheid’, ‘liefde en trouw’, ‘vrede en voorspoed’, en nu dus ook: ‘pracht en verhevenheid’.

Persoonlijk worden

De bidder in Psalm 104 spreekt JHWH, de God die hij ‘mijn God’ noemt, rechtstreeks aan, in de tweede persoon: ‘u bent machtig groot’. Als je er wat langer over nadenkt en het tot je door laat dringen wie God is en wat hij gedaan heeft, kun je niet op afstand blijven. De bidder wordt persoonlijk. Als je onder de indruk bent van zijn grootheid, gebeurt er nog iets. Je blijft niet langer neutraal: de drang God te loven wordt te sterk. Je kunt het gewoon niet maken te stoppen bij de constatering: ‘hij is groot’, punt. Zoals de bidder in Psalm 96 het zich realiseerde (Dag 5), de constatering ‘JHWH is groot’ heeft een vervolg: ‘hij heeft het helemaal verdiend geprezen te worden’.

‘Ik heb het even tegen mezelf’, moet je soms tegen jezelf zeggen.

Soms moet je jezelf een duwtje geven, even niet naar jezelf luisteren, maar jezelf toespreken. Dat is wat de bidder in Psalm 104 doet, hij spreekt zichzelf toe: ‘o mijn ziel’. ‘Ik heb het even tegen jou’, zegt een vader of moeder soms tegen een kind. ‘Ik heb het even tegen mezelf’, moet je soms tegen jezelf zeggen. ‘O mijn ziel’, zouden ze in de tijd van de Bijbel zeggen. De bidder spreekt zichzelf toe, concreet geeft hij zichzelf een opdracht: ‘prijs JHWH’! Hij heeft het helemaal verdiend. Hij is groot, niet zomaar groot, maar ‘machtig groot’.

Noot van de redactie: 

De teksten in deze serie vormen een vingeroefening voor een dagboek dat later gepubliceerd zal worden (voorlopige titel: Onvergelijkelijke grootheid. Het Evangelie van Gods glorie, Uitgeverij Van Wijnen). Het voornemen is elke dinsdag- en vrijdagavond een nieuwe tekst online te zetten: een routebeschrijving halverwege de week, en dan nog een tegen het einde van de week.

Klik hier voor alle delen uit deze serie.

Meest gelezen

Nieuwsbrieven

Blijf op de hoogte

Laad meer
Laden