×

Een visie voor het bereiken van een postchristelijke cultuur

Recent deelde een vriend van mij een aantal gedachten over Handelingen 17, het hoofdstuk met daarin de preek van Paulus aan de Griekse heidenen op de Areopagus. Paulus vertelt de menigte dat hij een van hun altaren tegenkwam waarop het opschrift stond: “Aan een onbekende God”. Hij gaat verder met het prediken van het evangelie aan hen, en verkondigt dat Jezus diégene is die, al is Hij voor hen onbekend, de ware God is, die ons vertrouwen en onze gehoorzaamheid waard is. Terwijl we nadachten over het Bijbelgedeelte, viel de verkondiging van Paulus in vers 23 op als nooit tevoren: “Deze dan, Die u dient zonder dat u Hem kent, verkondig ik u.”

Terwijl ik nadacht over die woorden, besefte ik dat deze zin niet slechts een inleidende opmerking was, gericht aan een eeuwenoude polytheïstische samenleving, maar ook een geweldige visie inhield over hoe de huidige samenleving bereikt kan worden met het evangelie.

Iedereen aanbidt
De godenwereld van de Atheense samenleving “provoceerde” Paulus (v. 16) en was een cultuur die klaar was om het evangelie te horen over de ware God. Het altaar voor de onbekende God was meer dan sociologisch interessant; het was een overduidelijke bekentenis van de religieuze impulsen van deze heidense mensen. Terwijl het goede nieuws van JHWH en Jezus van Nazareth misschien niet was wat deze religieuze mensen dachten te moeten horen, wist Paulus dat het fundamenteel iets was wat ze wilden horen. Hun harten waren rusteloos, dus Paulus predikte rust.

Vandaag de dag zouden christenen in het Westen grondig moeten nagaan hoe deze situatie ook onze context beschrijft. Ik vrees dat we soms het woord ‘seculier’ vrij nonchalant gebruiken, en daarbij te makkelijk allerlei aspecten van de Westerse cultuur als ‘seculier’ bestempelen. We bekrachtigen daarmee het idee dat we in een bepaalde postreligieuze generatie leven. Ook al klopt het dat traditionele instituten en vormen van religie niet dezelfde invloed hebben als voorheen, is het ongetwijfeld even waar dat de hedendaagse Westerse cultuur zelfs agressief religieus is.

Een paar jaar geleden las ik een essay van een eigenaar van een boekwinkel die het buitengewoon lastig vond dat een bepaalde bundel waar hij het politiek gezien mee oneens was, zo goed verkocht. Hij schreef, “Wat kun je doen wanneer een klant een boek wil dat je niet alleen aanstootgevend vindt, maar waarvan je daadwerkelijk vindt dat het gevaarlijk is in zulke politieke onzekere tijden vanwege de lessen die het in zich draagt?”

Ik glimlachte toen ik die zin las omdat het me onmiddellijk deed terugdenken aan mijn kindertijd. Ik groeide op in een conservatief, evangelisch domineesgezin. We vielen erg op omdat we bepaalde films, boeken, tv-shows en cd’s vermeden. De gekwelde boekverkoper laat duidelijk zien wat ik vaak terugzie in talloze essays, boeken en gesprekken over politiek en gerechtigheid: ‘je kunt een persoon uit de kerk halen, maar nooit de kerk uit een persoon’. Als God dood is, dan is dat nog niet het einde van het verhaal. Er moet een opvolger benoemd worden.

Een postchristelijke samenleving is niet hetzelfde als een postreligieuze samenleving. De religieuze smaak van onze politieke en ethische discussies is overweldigend. Iedereen aanbidt, omdat je iets moet aanbidden.

Iedereen aanbidt, omdat je iets moet aanbidden

Of het altaar nu is gewijd is aan de god van een bepaalde partijgeest, de god van de therapeutische zelfhulp, of simpelweg de almachtige euro, het kernpunt is en blijft hetzelfde.

Waarschijnlijk is het duidelijkste voorbeeld van postchristelijke religiositeit de schaamtecultuur. Wie had ooit gedacht dat het internet, de grootste vrije plek voor iedereen, ontwikkeld door de mens, het toneel zou zijn van morele verontwaardiging en veroordeling? [De Amerikaanse schrijver] Nathaniel Hawthorne zou ervan opkijken.

Zoals essayist Wilfred McClay laat zien in een van de meest belangrijke essays geschreven in het afgelopen decennium, gaan mensen die christelijke dogma’s als zonde, verzoening en vergeving achter zich hebben gelaten, vaak hun energie richten op de eschatologische veroordeling van elkaar. Elke groep mensen die een vreemde online straffend achterna komt en de carrière of reputatie van zo iemand vernietigt, is een levend bewijs van de noodzaak die mensen ervaren om zonde uit te wissen en kwijtschelding te ervaren.

Dit verkondigen wij u
Zoals de apostel Paulus wist hoe hij het evangelie moest presenteren aan het soort mensen dat altaren bouwt voor onbekende goden, zo moeten volgers van Jezus Christus weten hoe zij het goede nieuws moeten brengen in een postchristelijke cultuur.

Volgers van Jezus Christus moeten weten hoe zij het goede nieuws moeten brengen in een postchristelijke cultuur.

Als we beseffen dat het publieke debat niet christelijk maar religieus is, dan zou dat ons vrijmoedig moeten maken: vrijmoedig om te spreken in morele taal, wetend dat ons publiek zichzelf wijsmaakt relativistisch te zijn, maar in het echt zo niet leeft wanneer ze praten over de verkiezingen of racisme op Facebook.

Een tijdlang was het zo dat christenen in Amerika bang waren om te spreken over Gods oordeel omdat het mensen zou vervreemden en verder wegdrijven van Jezus. Maar, zoals Derek Rishmawy ons erop wijst, is er op elke hoek van de maatschappij de schreeuw naar een God die dingen kán en wíl rechtzetten, en die rechtvaardig zal oordelen over kwaaddoeners.

Wanneer we Paulus’ voorbeeld volgen, betekent dit misschien wel dat we tegen de huidige westerse samenleving zeggen: “Ik zie dat je op elke mogelijke manier naar gerechtigheid verlangt. De God van de hemel en aarde is de God van perfecte rechtvaardigheid, en Hij heeft Jezus Christus aangewezen om de wereld te oordelen. Vind vergeving en een zekere hoop op een eeuwigheid vol gerechtigheid door tot Hem te komen in geloof.”

Voor diegenen die gevangen zitten in de zelfhulpbewegingen, die zeker willen zijn dat ze een leven van betekenis en vreugde kunnen leven, presenteren wij, christenen, de enige zachtmoedige Verlosser. Hij die zelf onze wijsheid is, onze rechtvaardigheid en onze zaligmaker. Vermoeide en verwonde zielen moeten horen dat zij niet een heel andere persoonlijkheid hoeven te worden om een leven te leven dat de moeite waard is. Tegen deze wereld kunnen we zeggen: “Ik merk dat je op elke manier doelgerichtheid en betekenis wilt. Jezus Christus biedt perfecte rust, vrijheid van schaamte, en een echt koninkrijk om voor te leven met lichaam en geest. Vind hulp en hoop door naar Hem te komen in geloof.”

Wanneer we om ons heen kijken en onze postchristelijke samenleving zien, dan zouden we niet een ondoordringbare muur van secularisatie moeten zien. We zouden moeten zien wat er daadwerkelijk gebeurt: aanbidding, aanbidding, aanbidding. De hartenkreten van diegenen die worden achtervolgd door het schrikbeeld van transcendente waarheid kunnen haast niet luider klinken. Ze wachten op iemand die ze uitlegt hoe ze al leven. Ze hebben de kerk van Christus nodig die opstaat en zegt: “Die u dient zonder dat u Hem kent, verkondig ik u.”

Laad meer
Laden